De tijd is er,
altijd,
We vinden elkaar wel
tussen de plooien,
op stukjes bestaan,
als ijsschotsen,
waarop we hink-stap- springend,
naar elkaar toesnellen,
of elkaar trager
dan de stilste monnik
tegemoet schrijden
door gangen van geheime
binnentuinen,
innig drijfhout dat elkaar raakt
op het juiste ogenblik
op de grote rivier.